Meer informatie over lambda expressies

Opdracht 1 delegate en Lambda

Maak de delegate en lambda expressie werkend.

Specificaties

  • Vul de ontbrekende onderdelen in.
  • Voer het programma uit en controleer de output.

Verwachte output

8

Nu jij

// 1. Declareer een delegate die twee getallen neemt en een resultaat teruggeeft.
________ int RekenkundigeBewerking(int a, int b);  
 
class Program  
{  
    static void Main()  
    {  
        // 2. Maak een lambda expressie die twee getallen optelt en koppel deze aan de delegate.
        ________ optellen = ________ => ________;  
 
        // 3. Roep de delegate aan en print het resultaat.
        Console.WriteLine(optellen(5, 3));
    }  
}  

Opdracht 2 delegate en Lambda

Maak de delegate en lambda expressie werkend.

Specificaties

  • Vul de ontbrekende onderdelen in.
  • Voer het programma uit en controleer de output.

Verwachte output

False
True

Nu jij

// 1. Declareer een delegate die een string ontvangt en een bool retourneert.
________ ________ StringChecker(string input);  
 
class Program  
{  
    static void Main()  
    {  
        // 2. Maak een lambda expressie die controleert of een string langer is dan 5 tekens.
        StringChecker isLangGenoeg = ________ ________ input.Length > 5;  
 
        // 3. Roep de delegate aan en print het resultaat.
        Console.WriteLine(isLangGenoeg("Hello"));   // Output: False  
        Console.WriteLine(isLangGenoeg("LambdaExpressie")); // Output: True  
    }  
}  

Opdracht 3 Func en Lambda expressie

Maak de delegate en lambda expressie werkend en gebruik daarna een Func.

Specificaties

  • Vul de ontbrekende onderdelen in.
  • Voer het programma uit en controleer de output.
  • Verwijder de delegate en gebruik een Func.

Verwachte output

True
False

Nu jij

________ bool _____(_____);  
 
class Program  
{  
    static void Main()  
    {  
        _____ isEven = _____ _____ _____ ;  
 
        Console.WriteLine(isEven(4)); 
        Console.WriteLine(isEven(7));  
    }  
}  

Opdracht 4 Func en Lambda expressie

Vul de ontbrekende onderdelen in en maak de code werkend.

Specificaties

  • Vul de ontbrekende onderdelen in.
  • Voer het programma uit en controleer de output.

Verwachte output

6
20
14

Nu jij

class Program  
{  
    static void Main()  
    {  
        // 1. Func die de lengte van een string retourneert
        Func<________, ________> stringLength = ________ ________ ________;  
 
        // 2. Func die de maximale waarde van twee getallen retourneert
        Func<________, ________, ________> maxValue = (x, y) => Math.Max(________, ________);  
 
        // 3. Func die een getal verdubbelt
        Func<________, ________> doubleNumber = ________ ________ ________;  
 
        // 4. Test de functies en print de resultaten
        Console.WriteLine(stringLength("CSharp")); 
        Console.WriteLine(maxValue(10, 20));      
        Console.WriteLine(doubleNumber(7));
    }  
}   

Opdracht 5 Action en Lambda expressie

Vul de ontbrekende onderdelen in en maak de code werkend.

Specificaties

  • Vul de ontbrekende onderdelen in.
  • Voer het programma uit en controleer de output.

Verwachte output

Hallo, wereld!
10
Hallo C#

Nu jij

class Program  
{  
    static void Main()  
    {  
        // 1. Action die een bericht naar de console schrijft  
        Action _____ = () => Console.WriteLine("Hallo, wereld!");  
 
        // 2. Action die een getal verdubbelt en toont  
        Action<_____> doubleAndPrint = n => Console.WriteLine(____ * 2);  
 
        // 3. Action die twee strings combineert en toont  
        Action<_____, _____> concatenateAndPrint = (a, b) => Console.WriteLine(____ + " " + ____);  
 
        // 4. Roep de acties aan  
        sayHello();  
        doubleAndPrint(5);  
        concatenateAndPrint("Hallo", "C#");  
    }  
}  

Opdracht 6 Predicate en Lambda expressie

Vul de ontbrekende onderdelen in en maak de code werkend.

Specificaties

  • Vul de ontbrekende onderdelen in.
  • Voer het programma uit en controleer de output.

Verwachte output

True
False
False
True
False
True
False
True

Nu jij

using System;
using System.Collections.Generic;
 
class Program
{
    static void Main()
    {
        // 1. Predicate die controleert of een getal even is
        Predicate<int> isEven = ________________;
 
        // 2. Predicate die controleert of een string langer is dan 5 tekens
        Predicate<string> isLongerThanFive = ________________;
 
        // 3. Predicate die controleert of een getal positief is
        Predicate<int> isPositive = ________________;
 
        // 4. Predicate die controleert of een string een hoofdletter bevat
        Predicate<string> containsUpperCase = ________________;
 
        // 5. Gebruik de predicates
        Console.WriteLine(isEven(8));  // Output: True
        Console.WriteLine(isEven(7));  // Output: False
        Console.WriteLine(isLongerThanFive("Hello"));  // Output: False
        Console.WriteLine(isLongerThanFive("Predicate"));  // Output: True
        Console.WriteLine(isPositive(-3));  // Output: False
        Console.WriteLine(isPositive(10));  // Output: True
        Console.WriteLine(containsUpperCase("hello"));  // Output: False
        Console.WriteLine(containsUpperCase("Hello"));  // Output: True
    }
}