Stap 1: Downloaden & Installeren
Voordat we kunnen beginnen met programmeren, moeten we eerst een IDE (Integrated Development Environment) downloaden. In deze stap ga je JetBrains Rider downloaden, een krachtige IDE voor .NET-ontwikkeling.
Stappenplan
Stap 1.1: Navigeer naar de officiële Jetbrains Rider downloadpagina
Stap 1.2: Selecteer de juiste installer voor jouw Mac:
- Heb je een Intel-processor, kies dan de versie gemarkeerd met Intel.
- Heb je een Apple Silicon-chip (zoals M1, M2 of nieuwer), kies dan de Apple Silicon-versie.
Hoe weet je welke chip je hebt?
Klik linksboven in je scherm op het Apple-menu > Over deze Mac. In het venster dat verschijnt zie je of je een “Intel” processor hebt, of een chip zoals “Apple M1” of “Apple M2”. Dit bepaalt welke installer je nodig hebt.
Stap 1.3: Klik op de download knop om het installatiebestand (.dmg) op te slaan op je computer.
Stap 1.4: Open het gedownloade bestand (JetBrains Rider -versie-.dmg) door erop te dubbelklikken.
Stap 1.5: In het venster dat verschijnt, sleep het Rider-icoon naar de Applicaties-map. Dit zorgt ervoor dat Rider correct wordt geïnstalleerd op je systeem.
Stap 1.6: Open de Applicaties-map via de Finder en controleer of Rider in deze map staat.
Stap 1 is geslaagd!
Rider is nu gedownload en geïnstalleerd op je Mac!
Stap 2: Configureren
Nu Rider is geïnstalleerd, gaan we de IDE voor het eerst opstarten en de basisconfiguratie uitvoeren.
Stappenplan
Stap 2.1: Open Rider (bijvoorbeeld vanuit de Applicaties-map).
Toegangsrechten
Bij het eerste gebruik kan Rider vragen om toegang tot bepaalde mappen of systeemrechten (zoals toegang tot de Documents-folder). Sta deze rechten toe om te voorkomen dat Rider tijdens het programmeren foutmeldingen geeft.
Stap 2.1a (optioneel): Je krijgt de mogelijkheid om instellingen van een andere JetBrains IDE te importeren. Als je dit nog niet eerder hebt gedaan, kun je deze stap overslaan door op Do not import settings te klikken.
Stap 2.2: Kies een thema voor de interface (bijvoorbeeld licht of donker). Je kunt dit thema later nog wijzigen via de instellingen.
Stap 2.3: Selecteer een Keymap (sneltoets-layout). Kies bijvoorbeeld Visual Studio als je vertrouwd bent met die sneltoetsen. Ook dit is later aanpasbaar.
Stap 2.4: Je krijgt een overzicht van aanbevolen plugins. Voor nu kun je dit scherm overslaan of doorgaan met de standaardselectie. Extra plugins kunnen op elk moment later worden geïnstalleerd via de instellingen.
Stap 2 is geslaagd
Rider is nu succesvol geconfigureerd! Je bent klaar om je eerste project aan te maken en te beginnen met programmeren.
Volgende stap: Stappen eerste project in Rider