Meer informatie over constructors

Opdracht 1

Maak een eenvoudige klasse met een constructor en print de waarde van een variabele die in de constructor is geïnitialiseerd.

Specificaties

  • Er is een klasse Persoon.
  • De klasse heeft een constructor die een string-parameter accepteert en deze waarde toewijst aan een variabele Naam.
  • Print de waarde van Naam in de console.

Verwachte output

Als Naam = "Jan", komt in de console:

Jan

Nu jij

using System;
 
Persoon persoon = new Persoon("Jan");
Console.WriteLine(persoon.Naam);
 
class Persoon {
  public string Naam;
  
  public Persoon() {   
    ________ 
  }
}
 

Opdracht 2

Gebruik een constructor om de som van twee getallen te berekenen en het resultaat op te slaan in een eigenschap.

Specificaties

  • Maak een klasse Rekenmachine.
  • De klasse heeft een constructor die twee integer-parameters accepteert en de som van deze parameters berekent.
  • Het resultaat wordt opgeslagen in een eigenschap Resultaat.
  • Print de waarde van Resultaat in de console.

Verwachte output

Als de ingevoerde getallen 5 en 7 zijn, komt in de console:

12

Nu jij

using System;
 
Rekenmachine rekenmachine = new Rekenmachine(5, 7);
Console.WriteLine(rekenmachine.Resultaat);
 
class Rekenmachine {
  public int Resultaat;
  
  public Rekenmachine() {
    ________
  }
}
 
 

Opdracht 3

Maak zelf een constructor aan in een class

Specificaties

  • De class Paal heeft een constructor die een int genaamd hoogte.

Verwachte output

Als de class wordt aangemaakt met een hoogte 3 dan komt in de console.

De paal heeft een hoogte van 3 meter.

Nu jij

using System;
 
Paal paal1 = new Paal(3);
Console.WriteLine($"De paal heeft een hoogte van {paal1.Hoogte} meter.");
 
class Paal {
  public int Hoogte;
 
  ________
}