Meer informatie over Retrospectives

1 Doel

Tijdens de Retrospective inspecteert en adapteert het volledige Scrum Team het proces en de samenwerking over de afgelopen sprint en maakt het een concreet verbeterplan met minimaal één actiepunt voor de volgende sprint.

2 Stappenplan

Splits het proces op in twee hoofd­fasen:

  1. Voorbereiden & formatselectie
  2. Faciliteren & opvolgen

Casus

Een team van vijf ontwikkelaars en één tester merkt na drie sprints dat inschattingen te optimistisch zijn en de Definition of Done onduidelijk blijft.

  1. Voorbereiden & formatselectie: De Scrum Master verzamelt sprint­data en stelt de Starfish‑werkvorm voor, waarna het team samen beslist of dit de beste aanpak is.
  2. Faciliteren & opvolgen: Tijdens de Retro leidt de Scrum Master door de vijf kolommen (Keep, Less, More, Stop, Start), benoemt een eigenaar per actiepunt en plant een korte check‑in in voordat de volgende Retrospective plaatsvindt.

Fasen

  1. Voorbereiden & formatselectie
    Actie: Formuleer het doel van de Retrospective, verzamel de burndown chart, impediments en feedback, en bepaal samen met het team welk format het beste past. Hiervoor kun je online naar bekende opties zoeken, of zelf eentje aanmaken. Resultaat: Overzicht van data, doelen en gekozen format (bijv. Lean Coffee, Starfish, Sailboat).

  2. Opening
    Actie: Leg kort het doel, de spelregels en de timebox (max. drie uur) uit, wijs rollen toe (facilitator, tijdsbewaker, notulist).
    Resultaat: Duidelijke kaders en verantwoordelijkheden, deelnemers weten wat te verwachten.

  3. Data delen
    Actie: Laat alle deelnemers feitelijke observaties, meetbare resultaten en persoonlijke ervaringen delen. Let goed op dat iedere lid van het team aan het woord komt en daar de ruimte voor krijgt. Resultaat: Gemeenschappelijk begrip van wat er in de sprint gebeurd is en welke blokkades optraden.

  4. Inzichten vormen
    Actie: Gebruik het gekozen format om oorzaken en patronen te analyseren (bijv. stemrondes, metafoor, vijf keer waarom).
    Resultaat: Concrete inzichten in wat goed werkte en wat verbeterd moet worden.

  5. Actie definiëren
    Actie: Bepaal samen concrete actiepunten en wijs per actie een lid van het scrum team en deadline toe. De eigenaar heeft de verantwoordelijkheid om het team te herinneren zich aan het actiepunt te houden.
    Resultaat: Actionable backlog-items voor de volgende sprint met duidelijke toegewezen scrum team leden en planningsdata.

  6. Follow‑up & evaluatie
    Actie: Plan voor de volgende Retrospective een korte check‑in om de voortgang van actiepunten te toetsen en evalueer de Retro zelf (wat ging goed, wat kan beter). Dit kun je ook aan het begin van de volgende Retrospective doen als hier niet te veel tijd tussen zit. Resultaat: Zorgvuldige opvolging van implementatie en continue verbetering van het Retrospective‑proces.

Samenvattend

Een goede Retrospective is doelgericht en resulteert altijd in een of meer concrete actiepunten. Evalueer regelmatig of de gebruikte werkvorm nog steeds past bij het team.

Tips Retrospective

  • Wissel formats af om creatieve blokkades te doorbreken.
  • Houd actiepunten overzichtelijk op een bereikbare plek. (bijvoorbeeld op het SCRUM board)